Eind goed al goed: 4 jonge slechtvalken vliegen uit op ’t Kiel!

Drie (!) van de vier Silvertop-sisters bij de broedkast enkele minuten na hun vrijlating op het dak. (Foto: Joris Van Reusel)

Vogels in nesten

Sinds de jonge slechtvalken op’t Kiel op 17 mei geringd en gedoopt werden (Lucy, Sabine, Kessy en Sonja) bleef het even stil qua berichtgeving over het verder verloop van de reddingsactie. Op onze Ardea-blog gaven we nog wel toelichting bij de Operatie +16/+21, een poging om de valken uit de werfhectiek te halen en hen veilig te herbergen in de nabije broedkast. Op deze herlocatie-poging volgde snel de overbrenging van de 4 pulli naar een vogelopvangcentrum. Omdat deze actie met argusogen werd gevolgd door pers en ‘vogelclubs’ besloten we de communicatie via de Ardea-blog en de Natuurpunt-nieuwsbrieven even op hold te zetten.

Met zeer grote blijdschap kunnen we vandaag gelukkig goed nieuws brengen: alles is ondertussen voortreffelijk verlopen, de jonge valken groeienden succesvol op en werden teruggebracht naar de Silvertoptorens waar ze na hun vrijlating nu zelfstandig jagen. Zeer onlangs werden ze zelfs opnieuw in de werftoren gespot. De ouders Sarah en Jules verblijven meestal in de buurt, vaak op de Christus Koningkerk maar geregeld ook bij de Silvertops. Het Kiel is dus een blijvende thuis voor een heuse ‘familie’ slechtvalken!

Hier volgt -eindelijk- het relaas van de voorbije weken.

Opgroeien in een veilig nest

Op 20 mei brachten Manu (FIR), Gust (ringer), Jan en Anne-Marie (Ardea) de 4 pulli over naar het Vogelopvangcentrum van Brasschaat. Dat was daags voordien net verhuisd naar hun nieuwe locatie in een rustige en groene omgeving in Kapellen, en kon de vier zusjes slechtvalk als wel erg bijzondere nieuwe gasten meteen verwelkomen in hun ruime nieuwe kooien. De cameraploeg van Dieren in Nesten, die het verhaal van in het begin volgt, volgde op de voet wat voor het VOC een leuke verrassing was.

De eerste week werden de pulli als snel in twee aparte kooien binnen gehouden, en kregen ze hulp bij de voeding. Bij een kort bezoekje aan het VOC kon ik zelf vaststellen hoe sterk de vogels al gegroeid waren, hoe levendig ze reageerden en hoe toegewijd coördinator Marcel en zijn team de vogels verzorgen, met veel ervaring en kennis. Maar ook met de nodige voorzorgen omtrent de beveiliging van de vogels (o.a. met camera’s en alarm, en identiteitscontrole), die nog steeds een gegeerde ‘prooi’ blijken te zijn op de (illegale) dierenhandel-markt.

Lucy, Kessy, Sabine en Sonja bij aankomst in het VOC van Brasschaat-Kapellen in de goede handen van Marcel. Ook de krant is aanwezig…!
(Foto: Jan De Bie)

Daarna volgde een tussenfase in een ruimere buitenkooi, om vervolgens in een zeer grote vliegkooi ondergebracht te worden. Hier kregen ze prooien aangereikt, en werd hun jaaggedrag getoetst. Dat bleek perfect in orde te zijn. Het ultieme bewijs werd geleverd toen een huismus in het gaas van de kooi kwam zitten, niet beseffend dat 4 hongerige jonge slechtvalken op enkele meter van haar vandaan zaten. De mus dacht ‘ik vlieg even naar de andere zijde van de kooi’, maar had dat beter niet gedaan. Nog niet eens halverwege werd ze al ‘geplukt’! De tijd was rijp voor een spoedige vrijlating.

De stille maar grandioze come-back van de Silvertop-sisters

Na vier weken afwezigheid zagen de ondertussen weer enorm gegroeide vogels op dinsdagavond 18 juni het Kiel weer. Manu en Carl van FIR hadden er alles aan gedaan om de verhuis zo snel mogelijk te laten verlopen, en omstreeks 17.30 uur werden Sabine, Lucy, Sonja en Kessy door hen vrijgelaten op het dak van de rode Silvertoptoren. Er was deze keer geen publiek aanwezig om eventuele afleidingen te voorkomen, en ook de ploeg van Dieren in Nesten, alweer present, werd strikt gevraagd om van op afstand te volgen.

Van op het dak van de werftoren, op zo’n 30 m afstand, volgde ik samen met Guy, Tinneke en Mauro (allen Ardea), werfleider Peter Walraevens en nog één arbeider (van Antwerpse Bouwwerken) de gebeurtenissen op de rode toren. Het was erg spannend afwachten hoe de juveniele slechtvalken zou reageren op hun plotse vrijlating. Zouden ze de plek nog herkennen? Zouden ze snel wegvliegen? En zouden de ouders reageren op hun terugkomst?

Ardea-medewerkers en werfleider Peter Walraevens volgen de vrijlating van op afstand op de voet. (Foto: Joris Van Reusel)

Al enkele seconden nadat het poortje van de transportkooi was geopend, stapten de vier zusjes op het dak. Ze stapten rustig op de grindlaag naar de westzijde van het dak, waardoor ze voor ons niet meer zichtbaar waren. Dat was even jammer! Maar gelukkig doken de vogels na enkele minuten weer op aan onze kant van dak, en nog wel vlak bij de nieuwe broedkast. De vogels hadden een wandeling gemaakt rond het dak en bleven nu hangen bij de plek waar ze even voordien al kort verbleven. Zou het uitzicht hen bekend zijn? Alert keken ze naar alles wat bewoog, van overvliegende duiven en gierzwaluwen tot een bromvlieg en het verkeer beneden op de Antwerpse ring.

De juveniele slechtvalken wennen aan hun vrijheid op het dak van de rode Silvertoptoren.
(Foto: Joris Van Reusel)

Ondertussen spotten we de ouders-slechtvalken op de Christus Koningkerk, op zo’n 750 m afstand. Daar werd rustig een prooi verorberd.

Na een twintigtal minuutjes en wat vleugelstrekoefeningen waagde één dappere juveniel het om een eerste vlucht te maken. Ze vloog van de rode naar de blauwe toren en ging daar zitten. Binnen luttele seconden was één van de oudervogels daar al! Er werd wat heen en weer gekrijst en geroepen, en de oudervogel maakte een schijnaanval. Dit bleek een normale reactie te zijn, want voor de ouders waren de jonge slechtvalken immers even onbekenden.

Eén dappere meid vloog als eerste naar de blauwe toren. Ze trok er de aandacht van de ouders Sarah en Jules mee. (Foto: Joris Van Reusel)

Nog even later vloog de dapperste terug naar het dak van de rode toren en vervoegde er haar zusjes, waarna het er weer rustig werd: rondkijken, wat stappen en wat pikken aan een prooirest. We bleven toch nog kijken, tot het schemerde, want de eerste reactie bleek erg positief te zijn. Tegen een oranjerode ondergaande zon tekende zich het silhouette af van de jonge slechtvalken bij de broedkast. De ouders zaten tegen dan ook weer gewoon terug op hun vaste stek, op de kerktoren even verder op. De eerste uren bleken dus alleszins erg hoopgevend. Ondertussen was ook AB-projectmanager Peter van Royen op het dak aangekomen om de blijde intrede mee te maken, en dus werd een kleine symbolische toast gehouden op de (voorlopige) goede afloop.

Dezelfde avond nog wordt op de bestuursvergadering van Natuurpunt Hobokense Polder beslist om het VOC Brasschaat-Kapellen van Marcel en zijn team een stevige gift te schenken uit de Slechtvalken-peter-kas, uit dank voor hun puike werk; want je moet ’t toch maar doen, zo maar eventjes vier weken ‘babysitten’.

De spanning blijft

Gezonde en levendige jonge vogels op de rode toren, alerte oudervogels op de kerktoren: alles goed en wel de eerste avond, maar hoe zou dit verder verlopen? Zouden de juveniele slechtvalken in de buurt blijven en er in slagen om zelf te jagen en hun eigen prooi te vangen? Zouden Sarah en Jules nog prooien aanbieden? De eerste dagen na de vrijlating was het dus opnieuw spannend afwachten en was het nodig om alert te blijven observeren.

Met de hulp van de aannemer en buurtbewoners werden onze eigen waarnemingen aangevuld. Vroege vogel Peter (AB) melde ’s anderendaags al om 6:30 u per sms dat er alweer volop activiteit op het dak was, waarbij jongen en ouders betrokken waren. Jan en Anne-Marie De Bie (Ardea en buurtbewoners) spotten de volgende dagen nog regelmatig één à drie slechtvalken vanaf de grond. Vanuit zijn huiskamer in de Eeckelersstraat kon slechtvalk-peter Rene Depreeu met zijn telescoop naast de televisie gezet, de hele volgende week heel regelmatig één tot vier jonge slechtvalken bij en zelfs in de broedkast waarnemen (waarvan onmiddellijk melding werd gemaakt, bedankt!).

Op 23 juni deden we bij een korte controle een geruststellende vaststelling: nieuwe prooiresten werden gevonden in de broedkast. Dat was al een eerste opluchting. Op 25 juni schrijft Rene, na weken vol spanning: ‘De slechtvalken zijn nu zo vaak aanwezig dat ik denk, dat ze hun nieuwe thuis gevonden hebben!, Oef!’

De kraanman vogelt mee

Maar het beste nieuws kwam via werfleider Peter Walraevens. Hij bezorgde ons foto’s van aannemer-kraanman Clint De Weerdt die dagenlang van uit zijn kraancabine (zo’n 20 meter hoger nog dan de daken van de Silvertops) had zitten observeren en doorheen zijn verrekijker opnames had kunnen maken van juveniele slechtvalken met eigen prooi.

Juveniele slechtvalk met prooi op het dak.
(Foto: Clint De Weerdt, vanuit torenkraan)

Clint bezorgde ons later nog een uitvoerige lijst van zijn gedetailleerde waarnemingen in de periode van 18 juni tot 1 juli, waaruit bleek dat de slechtvalken zeer vaak (alleen, per twee of met zijn viertjes) op de daken van de Silvertoptoren aanwezig waren. Deze kraanman-kraanvogel verdient dan ook een extra pluim voor het lucht-vogelen (dit is naar analogie met het luchtgitaar-spelen het vogelkijken vanuit de lucht), en de beloofde fles Cava voor de eerste ‘natuurlijke’ foto van de slechtvalken-jongen in de broedkast is ook in zijn richting onderweg.

De eerste foto van de juveniele slechtvalken in de broedkast!
(Foto: Clint De Weerdt, vanuit torenkraan).

Met het bouwverlof in juli vielen de observaties wat stil, in tegenstelling tot de werkzaamheden in de werftoren.

Silvertops als nieuwe thuis (?)

Met een goed gevoel konden we de vakantie in gaan. Maar na amper enkele dagen weer thuis startte weer een nieuw hoofdstuk aan dit verhaal: de jonge slechtvalken hangen nu rond in… de werftoren!

Peter Walraevens, als werfleider steeds zeer vroeg aanwezig op de werftoren, liet ons weten dat hij op 30 juli één slechtvalk IN het werfgebouw zag jagen op duiven. En op 2 augustus maakt hij melding van de vondst van verse prooiresten van duiven op één van de uitkragende volumes van de werftoren, op de 9e verdieping aan de noordoost-zijde. Peter begon onmiddellijk weer van af de grond te observeren, en ja hoor: even later zag hij al één juveniele slechtvalk zitten op één van de balkons, op amper één verdiep van een vestgestelde paringsplaats en op amper 20 meter van de oorspronkelijke nestplaats op een balkon in de werftoren… Peter slaagde er in om de vogel op deze plek te fotograferen en hij houdt nu dagelijks opnieuw een oogje in het zeil.

Juveniele slechtvalk(en?) zitten weer op de werftoren, begin augustus.
(Foto: Peter Walraevens)

Ook voor alle slechtvalken-peters, -meters en vogelkijkers blijft het dus de moeite om de volgende dagen en weken regelmatig eens even langs te lopen en te zien of er nog steeds slechtvalken op de werftoren zitten.

Het is alleszins erg boeiend om deze nieuwe wending te volgen. Is er een natuurlijk instinct dat de juvenielen terug zo dicht bij hun geboorteplek brengt, of is het louter de aanwezigheid van voldoende voedsel en een geschikte biotoop-architectuur (de grillige toren, die alsmaar grilliger wordt, en de schouwtoren als uitkijk erbij) die zulks een sterke aantrekkingskracht heeft op slechtvalken? Of is het een combinatie van deze factoren? En waar zal volgende winter de strijd om een territorium en een broedplaats plaatsvinden?

Wat volgt?

Het hele Slechtvalken-op-‘t-Kiel-verhaal is zo boeiend dat we er nog lang niet klaar mee zijn.

In het najaar volgt een grondige evaluatie van het project en van de nieuwe situatie, waaruit we proberen conclusies en lessen te trekken. We doen dit in overleg met alle betrokken partijen (zoals FIR, Natuurpunt, aannemer AB, Woonhaven Antwerpen, …). Ook is er zo veel mooi beeld- en verhaalmateriaal dat we besloten er een boeiende documentairefilm van te maken, waarin ‘the complete story’ wordt weergegeven (met o.a. prachtige opnames van Guy Borremans).

Tijdens de Ardea-meeting op zaterdag 14 september (Fort VII te Wilrijk – zie activiteiten) lichten we al een tipje van de sluier. We hopen er in de winter mee klaar te zijn en zullen dit dan op een publiek moment voor de Natuurpuntafdelingen Hobokense Polder en Zuidrand, en voor alle peters en meters presenteren.

En uiteraard zorgt productiehuis De Mensen tegen de lente van 2014 voor een nieuwe reeks ‘Dieren in Nesten’, waarin Chris Dusauchoit het verhaal van de Kielse slechtvalken, als een eigentijds natuur-in-de-stadproject, nog eens tot in uw huiskamer brengt.

Met dank aan Manu, Carl, Guy, Luc, Sonja, Peter & Peter, René, Jan, Anne-Marie, Danny, Luk, Ria, Wim, Jan, Marijke, Chris, John, Gust, Clint, Mauro, Marcel & co. en alle andere betrokkenen!

Joris Van Reusel

Projectcoördinator Slechtvalken-op-‘t Kiel